Plinten plaatsen: praktische handleiding

Een traditionele parketvloer is niet áf zonder een bijpassende plint. Hetzelfde geldt voor laminaatvloeren en zelfs vinylvloeren, die net zo goed worden afgewerkt met decoratieve houten plinten of kunststof plinten. Plinten plaatsen is niet moeilijk en kun je zelf doen. Met deze handleiding lukt het sowieso.

Hoe plinten plaatsen?

• Maak de ondergrond schoon.
• Meet de lengte van de muur en zaag de plinten op maat met een decoupeerzaag.

Lijmen

• Verdeel de lijm gelijkmatig over de achterkant van de plint met een lijmpistool.
• Zet de plint voorzichtig op de juiste plaats tegen de muur.

Schroeven

• Als je gebruikmaakt van schroeven, moet je om de 30 centimeter een gaatje in het midden van de plint boren. Gebruik hiervoor een houtboor van 3 millimeter. Met een verzinkboor kun je de gaatjes wat verruimen, zodat de schroefkoppen er netjes in zullen passen.
• Hou de plint tegen de muur en teken de schroefgaatjes af met een potlood.
• Boor pluggaten in de muur met een steenboor van 6 millimeter. Plaats de pluggen.
• Nu kun je de eerste plint vastschroeven.

Wat met binnen- en buitenhoeken?

• Breng de eerste plint aan in een binnenhoek. Zet de tweede lat – nog zonder lijm – dwars tegen de eerste en zet vervolgens een klein stukje plint tegen en evenwijdig met de eerste plint. Zo kun je de contouren met een potlood op de tweede plint overbrengen, en die vervolgens op die lijn afzagen.
• Voor een plint aan een buitenhoek moet je eerst de muur opmeten en daar de dikte van de plint bijtellen. Zaag de plint vervolgens met een verstekzaag onder een hoek van 45 graden. Doe hetzelfde met de andere muur en plaats de twee plinten vervolgens tegen de muur. De twee schuine kantjes zouden netjes een hoek moeten vormen.

Afwerken

Plamuur de eventuele schroefgaten dicht en vul de kiertjes tussen de muur en de plint met kit. Voor het mooiste resultaat kun je die gladstrijken met je vinger, die je in een potje zeepsop hebt gedopt.